Het was een lange dag. Het reizen naar Auburn, Alabama, bestond uit opstaan om 3.30 uur, twee vluchten en een shuttle rit. Met David gelijk het stadje in voor de eerste indrukken. Het was 7 uur NL tijd dat ik eens ging slapen. Maar dat mag de pret niet drukken. na een goede acht uur slaap ga ik de jetlag vast snel te boven komen. Het is zaterdag en ik ga me met David onderdompelen in Americana.
College Football
Auburn is een echte studentenstad die dit weekend in het teken staat van het American Football, en heel specifiek van de zogenaamde homecoming game van het football team van Auburn University, de Auburn Tigers. Wie Amerikaanse sporten volgt weet dat college football een van de meest leuke en meeslepende sporten is waar hele volksstammen zich mee bezig houden, hele steden zich mee identificeren, en waardoor veel universiteiten door kunnen financieren en overleven. Het stadion kan bijna 90.000 toeschouwers herbergen en het logo van de universiteit staat overal. Ook als je zelf niet naar Auburn University je opleiding hebt genoten steunen veel mensen hier het college football team en dossen ze zich uit in de universiteitskleuren en kijken ze naar de wedstrijden.
College Football is ook big business voor de bond die daar over gaat, de National College Athletic Association (NCAA). Miljarden gaan er in om in reclame en sponsorcontracten. Het is slechts sinds relatief kort dat ook spelers van die miljardenbusiness kunnen meeprofiteren, en deals mogen sluiten met bijvoorbeeld kledingmerken als Nike. In 2021 opende het Amerikaanse Hooggerechtshof de deur voor zulke deals, daar waar voorheen student-atleten nauwelijks gecompenseerd werden. Huidige rookie (eerstejaars) professionele basketbalster Caitlin Clark was al een paar miljoen waard toen ze nog voor de University of Iowa speelde.
Auburn, Alabama
De campus van Auburn University is groot, zoals we uit de film misschien kennen. David werkt er leidt me rond terwijl het ondertussen op Nederlandse wijze pijpenstelen regent. En dat terwijl het normaliter hier gewoon zonnig en vijfentwintig tot dertig graden moet zijn. Het groen van het gras en de omringende bomen en het bruin van de uni gebouwen domineren alsnog het gezicht. Er wordt hier onderwijs gegeven en genoten in deze mooie gebouwen dankzij de student-sporten, en met name het football team. Het is de omgekeerde wereld. Dankzij de sport kan er geleerd worden. David legt me uit dat de universiteit met name een engineering en landbouw universiteit is, maar er wordt aan nieuwe gebouwen gewerkt voor een science faculteit. Een rechten of geneeskunde studie kan je hier niet vinden.
Het is voor mij de eerste keer in het echte Diepe Zuiden, en het gevoel van het Zuiden is duidelijk aanwezig. Auburn University doet heel gemoedelijk aan, het Zuidelijke accent natuurlijk prominent aanwezig en de campus stroomt vol met families die vanuit de soms verre omgeving naar Auburn zijn getrokken speciaal voor de homecoming game. Auburn is een studentenstad, met bijbehorende gezelligheid van jonge mensen, Amerikaanse beleefdheid en verwelkomend. Het is dermate plezant dat ik het gevoel heb alsof Alabama is afgesneden van de rest van de wereld. Daar waar Alabama voor veel Europeanen mogelijk bekend om is, namelijk segregatie en rednecks lijken ver weg totdat je eens goed om je heen kijkt en ziet dat het wel erg wit is om je heen. Toch durf ik e stellen dat de Zuidelijke gemoedelijkheid en het Zuidelijk accent niet perse vereenzelvigd moet worden met racisme en segregatie. Het Zuiden van Amerika heeft zijn eigen cultuur en karakter, natuurlijk met een moeilijk verleden, maar dat doet niets af aan het onderscheidende karakter van deze samenleving wat me nu in positieve zin opvalt. Een Uber chauffeur stelt dat de kloof tussen wit en zwart die hij ervaart in de naburige stad in Montgomery wordt veroorzaakt door tien procent aan de ene kant, en tien procent aan de andere.
Tailgating
In de enorme ‘bookstore’ zonder boeken maar ontzettend veel Auburn merchandise koop ik een pet, want ja, ik moet er vanavond wel bij horen. En het houdt de verwachte regen van mijn bril. Het weer zal de pret hopelijk niet drukken. Met mijn nieuwe pet op en polo shirt uit Amsterdam dat toevallig precies één van de universiteitskleuren is, gaan David en ik tailgaten bij mensen van de uni. Tailgaten is voor de wedstrijd met een groep mensen bij elkaar komen voor de wedstrijd en bij het stadion om als voorpret samen met elkaar wat te eten en drinken. En dan wordt er flink uitgepakt. De tailgate bij deze wedstrijd lijkt strak georganiseerd met aangewezen plekken voor allerlei groepjes, clubjes en organisaties, en over de hele campus verspreid. Het menu voor non-alcoholische dranken bij de tent van David’s faculteit bestaat slechts uit een flesje water. Ik ontmoet wat collega’s van David en een en ander wordt nog opgesierd met een kort optreden van de grote fanfare - de marching band - van Auburn University, inclusief een ‘cheering section’. Rechtstreeks uit de film.
The Game
Er zou zeventien procent kans zijn op regen, en lang bleef het ook droog. Maar de kans alleen al hield nog best veel plekken in het stadion leeg. Alle Amerikaanse rituelen voor de wedstrijd kwamen langs, zoals het spelen van de liederen God Bless America en het volkslied, het eren van bepaalde mensen, en een zogenaamde fly over van militaire helikopters. De spirit zat er aardig in, al leek het wat getemperd door de regen die de hele dag door was gevallen en het tailgaten ook wat minder uitbundig was uitgevallen. En regenen deed het ook. Binnen een half uur was mijn broek doorweekt en vreesde ik voor de waterdichtheid van mijn meegebrachte regenjas. Het mocht de pret niet drukken. In de rust verbaasde ik me over de enorme marching band die met militaire precisie allerlei manoeuvres op het veld lieten zien terwijl ze muziek speelden. Waarom hebben we zulke dingen toch niet in Nederland vragen we ons af. De toewijding en intense beleving van niet alleen de spelers op het veld, maar dus ook de marching band, en de fans die van heinde en ver naar het stadion komen. Amerika wordt vaak gezien als hyperindividualistisch, maar het is juist zo sterkt als collectief. Het zijn de gemeenschappen die het zo sterk maakt, zeker hier in het Zuiden.
Auburn zou een snelle voorsprong niet meer uit handen geven en zelfs uitbouwen, en gezien mijn jetlag, mate van doorweektheid verlieten we net als best veel anderen voortijdig het stadion. Na een kort bezoek aan de centrale studenten-ontmoetingsplaats en een pizzeria, was mijn eerste dag - lange dag - ten einde. Het was zelfs te laat om deze nieuwsbrief nog af te typen.
Nu dan maar.
Tot morgen.